Caspar Labarre (1985) maakt stoelen met simpele en oeroude technieken. Dit doet hij van bomen uit de buurt, het Vliegenbos in Amsterdam-Noord, die hij zelf oogst. Het zijn stoelen van hoofdzakelijk essen- en iepenhout die, op een verantwoorde wijze, lekker zitten.
Hoe ziet een typische dag er voor jou uit?
Ik werk steeds meer aan verschillende projecten tegelijk. Er zijn veel handelingen van verschillende aard in mijn vak. Sommige kosten veel kracht andere vergen veel concentratie. Door handelingen af te wisselen probeer ik intuïtief een gebalanceerde dag vorm te geven.
Waar werk je nu aan?
Hoofdzakelijk werk ik nu aan het ontwerpen van een nieuwe stoel. Dit doe ik door concreet een paar ideeën aan te grijpen en uit te werken. In de praktijk betekent dat voor mij een stuk hout pakken en er de zaag in zetten. Dan gaat er van alles lopen en komen de ideeën vanzelf. Misleidend misschien is dat ik waarschijnlijk put uit maanden van voorafgaande flarden van studie en onderzoek. De fouten die ik maak leiden vaak naar nieuwe wegen die ik niet vooraf had kunnen verzinnen. Doordat ik voldoende materiaalkennis en technieken beheers zijn die fouten ook meestal omkeerbaar.
Heb je muziek op staan en zo ja, wat?
Ik heb een heleboel cd’s waar ik er altijd wel een paar van draai op een dag. De afgelopen week luisterde ik onder andere: ‘Tunnel of Love’ van Bruce Springsteen, ‘The Definitive’ – Blind Willy McTell, ‘The River’ – Ali Farka Touré, ‘Fear of a Black Planet’ – Public Enemy, Belá Bartók – vioolconcert. ‘Mens’ – Wende Snijders, ‘In C’ – Terry Riley, Cello Sonates van Vivaldi, etc, etc …
Kun je je werkplek omschrijven?
Het is een duidelijk ‘eigen’ gemaakte ruimte waar veel hout ligt en gereedschap aanwezig is. Warm. Divers georganiseerd.
Hoe lang werk je gemiddeld op een dag?
Meestal werk ik vier tot acht uur per dag in de werkplaats. Vaak doe ik ook dingen thuis achter de computer zoals mails beantwoorden, tekeningen maken of studeren.
Dank Caspar voor het interview en je tijd! Dit is voorlopig de laatste Handen vrij maar dat wil niet zeggen dat er geen vervolg komt.
Lees ook het essay Handwerk van Caspar Labarre (PDF).
De ‘idents’ voor de serie zijn gemaakt met de lettertypen HPLHS-Headline One & Two van de H.P. Lovecraft Historical Society voor de titels en BalpenVelTwee van Luc(as) de Groot voor de post-its.
Geef een reactie