Hall & Oates, rijpende wijnen

Hoewel ik zeker geen tweede Leo Blokhuis probeer te spelen, ontstaat bij tijd en wijle een tamelijk stevige drang om een lans te breken voor bepaalde artiesten. Ik luister en bekijk met enige regelmaat fragmenten van het duo Hall & Oates. Mijn waardering voor hen neemt daarbij eerder toe dan af. Enerzijds laten deze inmiddels 70-plussers nog steeds hun enorme kunnen zien, anderzijds lijken hun oudere nummers als een kwaliteitswijn steeds verder te rijpen in de tijd.

Maar wat is dat toch met Hall & Oates en Europa en dus ook Nederland? Ze zijn in allerlei elite-lijstjes opgenomen, zoals de Songwriter’s Hall Of Fame en hebben een ster op de Hollywood Walk of Fame. Ze behoren overzees tot de allergrootsten in de muziekgeschiedenis, maar dichtbij ons is de waardering ver achter gebleven. Het immer betrouwbare hitdossier laat een erg triest beeld zien: helaas maar 5 nummers in onze Top40, waarvan maar eentje in de top 10, ‘Adult Education’ uit 1984, het nummer waardoor ik als 7-jarige kennismaakte met het tweetal, toen ik elke week de Top40 opnam met behulp van een bandrecorder.

In Amerika was de situatie voor de muzikanten uit Philadelphia beduidend anders: ze scoorden zes nummer 1-hits in de Billboard Hot 100. Maar Daryl Hall (1946) en John Oates (1948) missen in ons land dus één of meerdere knallers, waardoor ze jarenlang in het peloton der vaderlandse muziekgeschiedenis tamelijk verborgen bleven.

Samenwerkingsgericht

Ofschoon Daryl Hall enige ijdele trekjes vertoont – hij lijkt erg zijn best te doen om er jong te blijven uitzien – is het duo niet behept met een scoringsdrift. Ze houden duidelijk van hun vak en omringen zich met kwalitatief goede muzikanten. Daarnaast hebben ze ook met veel andere artiesten samengewerkt, een teken dat hun talent hen in staat stelt om in te spelen op andere stijlen en dat ze zich niet gauw ergens te groot voor voelen.

King County Parks Your Big Backyard – Flickr, CC BY-NC-ND 2.0

De twee heren hebben via covers ook de nodige banden met andere artiesten. Zo namen ze zelf ‘I can dream about you’ op, als eerbetoon aan Dan Hartman, die het nummer oorspronkelijk voor hen had. geschreven. Een ander voorbeeld is ‘You’ve lost that lovin’ feelin’ van The Righteous Brothers. Zelf werden Hall & Oates ook een paar keer gecoverd, o.a. door Paul Young. De bekendste is echter wel ‘I can’t go for that (no can do)’ dat in 2003 door Simply Red onder de titel ‘Sunrise’ naar de vierde plaats in de Top40 werd geholpen. Nota bene een positie die door Hall & Oates nooit werd gehaald.

Huissessies
De laatste jaren is de samenwerking gecumuleerd tot een lange reeks met een grote en rijke keur aan collega’s uit het vak. Via ‘Live from Daryl’s house’ kan er meegenoten worden van intieme concerten met uiteenlopende artiesten. Sinds 2007 kan de liefhebber meegenieten van de optredens vanuit Daryls huis in Millerton (New York). Ze combineren dit met culinaire activiteiten. Ruim een jaar geleden vond de 84ste en (voorlopig?) laatste aflevering plaats. Van een eind lijkt echter nog geen sprake.

Het speciale aan het Amerikaanse duo is de behoorlijke soulvolle stem van Daryl Hall. Je zou een heel ander gezicht verwachten bij zo’n stem. Bij het beluisteren van het nummer stuit je meteen op een ander sterk punt: de tweede stem van John Oates, immer bescheiden maar betrouwbaar. Een nummer dat me een erg goed gevoel bezorgt, is ‘She’s gone’ uit 1976. Ideaal voor een relaxte winteravond met een glaasje port, alhoewel het thema van het nummer een stuk minder ontspanning geeft.

‘She’s gone’ en ‘Sara smile’
Ik las op de website ondergewaardeerdeliedjes.nl (zo’n site kan ik wel waarderen) dat ‘She’s gone’ door de heren gezamenlijk is geschreven als gevolg van Hall’s scheiding van zijn vrouw Bryna Lublin en Oates’ afspraakje dat met Oudejaarsavond niet kwam opdagen. De eerste zin die eruit kwam toen ze samenkwamen, was: ‘Everybody’s high on consolation’, waarmee dit gevoelige nummer geboren was. ‘She’s gone’ symboliseert wellicht als geen ander nummer hun onderlinge verbondenheid.

Ook ‘Sara smile’ uit 1975 kan op mijn enthousiasme rekenen, en wat schetst mijn verbazing: ook hier put Hall uit zijn persoonlijke omgeving. Sara is Sara Allen, zijn toenmalige vriendin die later ook aan enkele nummers voor het duo meeschrijft, bijvoorbeeld – en daar is ie weer – ‘I can’t go for that’. En, om ook maar even op de huissessies terug te komen, daar komt ‘Sara smile’ uiteraard ook in voor. Hierboven is een uitvoering uit 2009 te zien met een nog oudere rot in het vak, Smokey Robinson. Zo blijven Hall & Oates bij de tijd en worden hun nummers wellicht nog tijdlozer dan we denken……

Bronnen:
Hitdossier
Live from Daryl’s house
Ondergewaardeerdeliedjes.nl

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.